Thursday 7 April 2011

Chicama

"Oye hombre!" Cuanto cuesta?" Ik probeer de aandacht te trekken van de jonge local die de heilige boot rondvaart. De Chicama-sloep, waar elke luilak - waaronder ik - maar al te graag in wil stappen na een lange rit op de langste lefthander van de wereld. En lang is ie.

Mijn basecamp is het pittoresque plaatsje Huanchaco. Het is de ideale plek om na de bergen van Peru me onder te laten dompelen in een feest van surfen en golven. Het stadje loopt vol met surfers en toch is de line-up relatief rustig. De golven zijn ongekend. Het is een machine. De laagste golven zijn nog steeds ruim een cleane meter en afgelopen weekend bevinden wij ons in twee-en-halve meter grote bakken met nog iets grotere sneakersets. Regelmatig paddlen voor je - figuurlijke - leven als een de rimpels aan de horizon verschijnt.

"Disculpe amigo, pero es el barco de hotel" zegt de kapitein van de Chicama-sloep tegen me. De sloep is helaas gereserveerd voor de hotelgasten. Ik knik in stilte naar hem en begin weer met paddlen naar het strand om meer dan een kilometer terug naar de peak te lopen. "Ah amigo, bien, un vez". Ik keek blijkbaar nogal sip want de kapitein biedt mij een eenmalig ritje aan. Dit is een heel fijn kadootje en ik schud hem in de boot eens flink de hand en deel nog wat schouderkloppen uit. Het leven is fijn en dit moet een goed voorteken zijn voor weer een supersurfsessie.

Chicama is een legendarische plek voor menig surfer. Het is de - zelfverklaarde - langste linkse golf van de wereld. Als de swell echt groot is zijn er golven gereden van meer dan 2 kilometer. Het normale probleem bij surfen van pijn in de schouders en armen door het paddlen wordt hier gecomplementeerd met een voor mij nieuw fenomeen: pijn in mijn benen. Zo lang sta je op een golf, zegt men. De golf heeft een grote swell nodig, dus het is wachten in Huanchaco, maar als het zover is, zijn de golven buitenaards lang en perfect. Een close-out sectie is een zeldzaamheid. Ik ga twee keer.

Ik schud de hand van mijn kapitein nog een keer en spring de boot uit met mijn plank. Ik lig 50 meter boven de piek, beter kan het niet. De stroming is erg sterk na de piek dus ik blijf rustig wachten. Grote rimpels verschijnen aan de horizon en mijn mond valt bijna open. Het is zo perfect, dat het eigenlijk een plaats op de lijst van wereldwonderen verdient. Snel, terug naar de realiteit, dit moet hem zijn. Ik paddle krachtig richting de piek, een golf gaat onder me door en de tweede golf van de set komt door... take-off!

Ik raas van de golf af en kijk down the line. Om maar een ding te zien: een tientallen meters perfect opbouwende golf van twee meter. Ik ga veel sneller dan verwacht en maak zoveel mogelijk turns. Het blijft maar doorgaan, doorgaan en doorgaan. Je kan gewoon nadenken op deze golf. Weer een turn, weer door de knieen, kijken, strekken, door de knieen, kijken en weer strekken. Het gaat maar door, als langzamerhand de verzuring in mijn benen begint. Ik zet mijn handen op mijn knieen en cruise nog tien meter door. Ik begin echt moe te worden en denk eraan om maar te stoppen, als ik zie dat de golf zich steil opbouwt." Kom op, ouwe, gaan!" zeg ik tegen mijzelf, als ik me weer opricht om de laatste 100 meter down the line te vliegen en voldaan met de holle golf op het strand klap.

Ik ben enorm euforisch en kan er niet over uit dat een golfrit zo lang en perfect kan zijn. De kapitein is in geen velden of wegen te bekennen. Maar het maakt niets uit, ik paddle snel naar het strand en ren richting de peak. Mijn benen zijn niet meer moe. Op naar de volgende.


- Speeding down the line at Chicama -

Day one



- Turns at Chicama -


Day two



- Enjoying a big set at Chicama -



Day two

2 comments:

  1. Haha, deze post is echt te gek. Wat een briljante fotoserie. Nu wil ik ook naar Chicama en net als jij surfen op deze perfecte golven. Ik ben vast niet de enige.

    Alle liefs!

    ReplyDelete
  2. bah, jaloers
    Tijmen

    ReplyDelete